Bij seniorenzorg draait het om comfort, zowel emotioneel als praktisch. We spreken dan ook niet meer over een patiënt concept, maar over een wellness concept. En we hebben het zeker niet meer over onpersoonlijke gebouwen met kleine leefruimtes, maar om levensloopgeschikte woningen, waarbij toegankelijkheid en aanpasbaarheid essentiële criteria zijn.
Seniorenhuisvesting is een ruim begrip. De bewoners variëren van 55 tot 90+ en voor die doelgroep bestaat ook weer een grote variëteit van woonvormen, variërend van zelfstandig wonen tot volledige verzorging. In ieder geval gaat het bij seniorenwoningen om wooncomfort, d.w.z. de geriefelijkheid van de woning of de leefruimte. Voldoende duidelijke kleurordening, kleurharmonie en variatie in contrasten dragen daar in belangrijke mate aan bij.
- Ouderen zien kleuren minder helder en in meer of mindere mate geelbruiner. Gebruik daarom minder vergrijsde kleuren.
- Let in ruimtes als de keuken, toilet en de badkamer op voldoende verschil in kleurcontrast met het sanitair en de wanden en de vloer. Dat bevordert de leesbaarheid en daarmee de zelfstandigheid.
- Zorg voor voldoende kleurcontrast voor wat betreft kleurdimensies, lichtheid en verzadiging. Hiermee wordt bij ouderen een positieve afwisselende actieve prikkel opgeroepen.
- Kies voor functionele gangen voor een contrastrijk kleurpalet met duidelijke, herkenbare kleurlijnen en kleuraccenten. Bij dementie en andere vormen waarbij herkenning moeilijker is geworden, is een specifieker kleurplan noodzakelijk, met meer aandacht voor herkenning.