Een groot deel van de tijd wordt op de werkvloer doorgebracht, dus het is belangrijk dat de werkplekomgeving een balans is tussen functioneel en comfortabel.

Waar komt de werkplek?
De inrichting begint met een geordende rangschikking van het meubilair van de verschillende werkplekken. Een omgeving met flexibele werkplekken (combikantoor) vraagt net weer om andere uitgangspunten van de inrichting dan een werkomgeving met vaste werkplekken (cellenkantoor).

Voor welk kleurpalet ook wordt gekozen, maak eerst een inventarisatie van de kwaliteitsaspecten van het gebouw en omgeving, de werkomgeving(en), de werkzaamheden die er plaatsvinden en wie de medewerkers zijn.

Bewust kleur- en materiaalgebruik en gevarieerd licht binnen de werkomgeving zijn een voorwaarde voor een gezonde, productieve werkomgeving. Orde en harmonie in het materiaal-, kleur- en lichtgebruik ondersteunen de innerlijke orde van de mens. Planten in de werkomgeving of uitzicht op tuinaanleg dragen bij aan een positief werkklimaat.

De behoeften van gebruikers binnen een organisatie veranderen snel. In de tijd van het ‘nieuwe werken’ en flexwerken wordt een gebouw tijdens haar levensduur vaak door verschillende gebruikers bewoond. Een mooi, harmonisch en gevarieerd vormgegeven gebouw kan een veelheid aan gebruiksmogelijkheden bieden aan een organisatie die geleerd heeft om flexibel gebruik te maken van de aanwezige kwaliteiten van een gebouw.

• Niets is zo bepalend voor de sfeerbeleving van een ruimte als de verlichting. Varieer met soorten licht voor optimale inspiratie en concentratie.
• Kleuren geven een kantoorruimte een persoonlijk karakter. Creëer op elke werkplek naast de basisvoorzieningen ruimte voor de specifieke werkzaamheden van de medewerkers.
• Richt meerdere werkplekken in. Denk aan een werkgebied waar men individueel geconcentreerd kan werken of lezen, een ander om te kunnen overleggen of te ontspannen en een werkgebied voor productieve handelingen.